Cornelis Kruseman (1797–1857)

RKD STUDIES

1.1 Een bewogen carrière


Cornelis Kruseman (1797-1857) werd in zijn tijd zeer gewaardeerd als begaafd portrettist en als schilder van religieuze en historische voorstellingen en genretaferelen in Nederlandse hofkringen en door opdrachtgevers in binnen- en buitenland [1]. Enkele lucratieve bestellingen voor monumentale historiestukken, en een bloeiende portrettenpraktijk maakte hem een van de bestbetaalde Haagse kunstenaars van zijn tijd.1

Als eerste Nederlandse kunstenaar introduceerde hij het Italiaanse volksleven als onderwerp in de Nederlandse schilderkunst [2]. Met deze, voor Nederlandse begrippen, aparte onderwerpskeuze uitgevoerd in de internationale neoclassicistische stijl, onderscheidde Kruseman zich op de vaderlandse kunstmarkt. De diverse publicaties over Kruseman en zijn werk, die tijdens en vlak na zijn leven verschenen, bevestigen dat hij als een van de belangrijkste eigentijdse kunstenaars werd gezien.2 Zo werd hem al vroeg in zijn carrière de eervolle titel van ‘Den Raphaël van Nederland’ voorspeld.3

Krusemans succes kwam zeker niet vanzelf. De kunstenaar zou zich gedurende zijn loopbaan openbaren als iemand die pragmatisch-strategische keuzes maakte om zichzelf en zijn werk doelbewust onder de aandacht te brengen van potentiële opdrachtgevers en het publiek. Zo was een belangrijk promotioneel wapenfeit Krusemans publicatie in 1826 van zijn Italiaanse reisverslag onder de titel Aanteekeningen van C. Kruseman, betrekkelijk deszelfs kunstreis en verblijf in Italië.4 Met dit reisjournaal beoogde hij zich te profileren als erudiet kunstenaar met uitzonderlijke kennis van de belangrijkste kunstwerken en kunstenaars van Italië, Frankrijk en andere Europese landen. Kort daarop maakte Kruseman een andere belangrijke keuze door naar Den Haag te verhuizen. De leden van het hof, de diplomaten en de aristocratie in de residentie waren allen potentiële opdrachtgevers met voldoende geld en behoefte aan prestige. Direct na zijn aankomst in de hofstad in mei 1826, organiseerde Kruseman, vooruitstrevend voor zijn tijd, een kleine solotentoonstelling in een chique hotel, waarna de portretbestellingen bij hem binnenstroomden.5 In datzelfde jaar verzocht hij koning Willem I (1772-1843), met succes, om een opdracht tot het schilderen van een historiestuk. Bijna dertig jaar, tot 1854, woonde de schilder in Den Haag, waarna hij verhuisde naar het landelijke Lisse.

1
Cornelis Kruseman
Zelfportret van Cornelis Kruseman (1797-1857), 1821 gedateerd
Amsterdam, Museum Van Loon, inv./cat.nr. 457


2
Cornelis Kruseman
Godsvrucht, ca. 1823
Amsterdam, Rijksmuseum, inv./cat.nr. SK-A--1069



Notes

1 Kruseman betaalde omstreeks 1850 samen met Andreas Schelfhout (1787-1870) de hoogste huurwaarden van de in Den Haag gevestigde kunstenaars, respectievelijk 465 gulden en zeshonderd gulden: Hoogenboom 1993, pp. 114, 118.

2 Over andere gewaardeerde eigentijdse kunstenaars zoals Jan Willem Pieneman, Barend Cornelis Koekkoek of Andreas Schelfhout zijn minder van dit soort artikelen gepubliceerd.

3 Meijer jr. 1822, p. 83.

4 Kruseman 1826.

5 Brief van Cornelis Kruseman aan Louis Royer van 29 januari 1827 (Archief Familie Alberdingk Thijm inv.nr. 5305, collectie KDC, Nijmegen). Zie verder hoofdstuk 5 van deze RKDStudy.

Cookies disclaimer

While surfing the internet, your preferences are remembered by cookies. Cookies are small text files placed on a pc, tablet or cell phone each time you open a webpage. Cookies are used to improve your user experience by anonymously monitoring web visits. By browsing this website, you agree to the placement of cookies.
I agree